Verwachting
[flash /flv/20071028_verwachting.flv]
“Hij zeide ook tot de scharen: Wanneer gij een wolk ziet opkomen in het westen, zegt gij dadelijk: Er komt regen, en het gebeurt. En wanneer gij de zuidenwind ziet waaien, zegt gij: Er zal hitte komen, en het gebeurt. Huichelaars, het aanzien van aarde en hemel weet gij te onderkennen, waarom onderkent gij deze tijd niet?”
Lucas 12:54-56
Schriftlezing
“Vuur ben Ik komen werpen op de aarde en wat is mijn wil, als het reeds ontstoken is? Ik moet gedoopt worden met een doop, en hoe beklemt het Mij, totdat het volbracht is. Meent gij, dat Ik gekomen ben om vrede op aarde te brengen? Neen, zeg Ik u, veeleer verdeeldheid. Want van nu aan zullen vijf in één huis verdeeld zijn, drie tegen twee en twee tegen drie. Zij zullen verdeeld zijn, vader tegen zoon en zoon tegen vader, moeder tegen dochter en dochter tegen moeder, schoonmoeder tegen haar schoondochter en schoondochter tegen schoonmoeder. Hij zeide ook tot de scharen: Wanneer gij een wolk ziet opkomen in het westen, zegt gij dadelijk: Er komt regen, en het gebeurt. En wanneer gij de zuidenwind ziet waaien, zegt gij: Er zal hitte komen, en het gebeurt. Huichelaars, het aanzien van aarde en hemel weet gij te onderkennen, waarom onderkent gij deze tijd niet?”
Lucas 12:49-56
Boodschap
De schriftlezing is een kort gedeelte uit een lang hoofdstuk. Daarin sprak Jezus met Zijn discipelen en met de menigte, die Hem volgde. Iemand uit de menigte vroeg Jezus te bemiddelen in een erfeniskwestie. Daar ging Jezus niet op in. Hij kwam niet om recht te spreken. Niet dat het niet belangrijk was, maar er was iets dat op dit moment belangrijker was. Hij tilde het probleem boven het dagelijkse leven uit en plaatste het in het kader van de toekomst. In deze discussie legde Hij de nadruk op wat zou komen en liet het leven van alle dag af even voor wat het was. Uit het optreden van Jezus blijkt overigens meer dan duidelijk, dat Hij bewogen was over het lot van mensen. Hij ontkende hun problemen van ziekte en dood niet, integendeel. Maar nu ging het om de toekomst, en spoorde de mensen aan waakzaam te zijn. Als voorbeeld vergeleek Jezus de situatie waarbij een heer op reis was en zijn personeel niet wist wanneer hij terug zou komen. Het doet denken aan het spreekwoord: als de kat van huis is, dansen de muizen. Of dat van de eigenaar die zelf niet op nachtelijke inbrekers lette. Wat kon hem overkomen? Voor de Joden, paste de Here Jezus de overrompeling toe op de komst van de Zoon des mensen. Omdat ook wij vandaag niet weten, wanneer de Zoon des mensen komt, en Zijn wederkomst zich niet laat voorspellen, geldt hetzelfde voor ons. We kunnen niet doen, alsof het niet kan gebeuren, of denken, het is nog ver weg. De geschiedenis leert, dat Jezus door de geestelijke leiders van Israël niet als de Messias werd herkend en nog minder erkend. Jezus wees de discipelen er op, dat er moeilijke tijden zouden aanbreken. Als voorbeeld noemde Hij, dat gezinnen onderling verdeeld zouden worden en uiteenvallen. Het behoorde bij de tekenen der tijden. Jezus vergeleek de toekomst met de weersverwachting. Die kunst beheersten ze goed. De mensen wisten als er een wolk aan de lucht verscheen, kwam er regen. Als de wind uit het zuiden (de woestijn) kwam, wisten ze dat het warm zou worden. Het is even schrikken, als Jezus dan ineens zegt: huichelaars, dit weet je te herkennen. Waarom herken je dan de tekenen van de tijd niet? Je ziet het toch, maar je doet net alsof je het niet ziet. Je wilt het niet zien. Is dat niet het kenmerk van de huichelaar? Hij doet net alsof, terwijl hij weet, dat het niet waar is. Na al Zijn toespraken en wonderen moest Jezus op zekere dag zeggen:
“Jeruzalem, Jeruzalem, dat de profeten doodt, en stenigt wie tot u gezonden zijn, hoe dikwijls heb Ik uw kinderen willen vergaderen, gelijk een hen haar kuikens onder haar vleugels, en gij hebt niet gewild.”
Lucas 13:34
In het jaar 70 pakte die weigering verkeerd uit voor Israël. De Romeinen namen de stad in, richtten een bloedbad aan, dreven Israël in ballingschap en de Tempel werd met de grond gelijk gemaakt. De mensen konden aan de tekenen goed zien welk weer het zou worden. Ondanks de tekenen van de tijd waren ze blind voor de toekomst, waarvoor ze gewaarschuwd waren. Was het dan allemaal voor niets geweest? Later schreef de apostel Paulus In een van zijn brieven:
“Al wat namelijk tevoren geschreven is, werd tot ons onderricht geschreven, opdat wij in de weg der volharding en van de vertroosting der Schriften de hoop zouden vasthouden.”
Romeinen 15:4
Uit de gebeurtenissen moet een les geleerd worden. Paulus schreef aan de Christenen in Rome, dat het verschrikkelijk was, wat de Joden overkwam. Het werd opgeschreven, zodat wij er de les van waakzaamheid uit zouden trekken en ons niet laten overrompelen. Herkennen wij vandaag aan de tekenen van de tijd, wat er voor de deur staat? Veel mensen geloven niet, dat Christus terugkomt. Het is bangmakerij van sekten. Ze roepen dit al eeuwenlang. Ze redeneren net als sommige tijdgenoten van de apostel Petrus:
“Dit vooral moet gij weten, dat er in de laatste dagen spotters met spotternij zullen komen, die naar hun eigen begeerten wandelen, en zeggen: Waar blijft de belofte van zijn komst? Want sedert de vaderen ontslapen zijn, blijft alles zó, als het van het begin der schepping af geweest is.”
2 Peter 3:1-4
Zoals ook wij aardig goed weten, welk weer we morgen verwachten, wordt ook vandaag door de gelovigen niet of nauwelijks gelet op de tekenen der tijd. Er zijn in het Nieuwe Testament minstens 14 signalen van de eindtijd. Zoals Petrus zei, de Wederkomst van Christus wordt ontkend. Paulus schreef aan Timotheüs:
“Maar de Geest zegt nadrukkelijk, dat in latere tijden sommigen zullen afvallen van het geloof, doordat zij dwaalgeesten en leringen van boze geesten volgen.”
1 Timotheüs 4:1
Later liet hij er op volgen:
“Want er komt een tijd, dat (de mensen) de gezonde leer niet (meer) zullen verdragen, maar omdat hun gehoor verwend is, naar hun eigen begeerte zich (tal van) leraars zullen bijeenhalen, dat zij hun oor van de waarheid zullen afkeren en zich naar de verdichtsels keren.”
2 Timotheüs 4:3-4
en
“Weet wel, dat er in de laatste dagen zware tijden zullen komen: want de mensen zullen zelfzuchtig zijn, geldgierig, pochers, vermetel, kwaadsprekers, aan hun ouders ongehoorzaam, ondankbaar, onheilig, liefdeloos, trouweloos, lasteraars, onmatig, onhandelbaar, afkerig van het goede, verraderlijk, roekeloos, opgeblazen, met meer liefde voor genot dan voor God, die met een schijn van godsvrucht de kracht daarvan verloochend hebben; houd ook dezen op een afstand.”
2 Timotheüs 3:1-5
Het is niet populair om deze dingen aan te halen. Maar het is de waarheid. We geloven het, of we geloven het niet. Als het over de Wederkomst gaat, moet er geen paniek gezaaid worden. Ook moeten we niet speculeren wanneer het zou zijn. Paulus schreef:
“Maar wij verzoeken u, broeders, met betrekking tot de komst van onze Here Jezus Christus en onze vereniging met Hem, dat gij niet spoedig uw bezinning verliest of in onrust verkeert, Laat niemand u misleiden, op welke wijze ook, want eerst moet de afval komen en de mens der wetteloosheid zich openbaren, de zoon des verderfs,
(…)
Herinnert gij u niet, dat ik, toen ik nog bij u was, u dit meermalen gezegd heb?
(…)
Daarentegen is diens komst naar de werking des satans met allerlei krachten, tekenen en bedrieglijke wonderen, en met allerlei verlokkende ongerechtigheid, voor hen, die verloren gaan, omdat zij de liefde tot de waarheid niet aanvaard hebben, waardoor zij hadden kunnen behouden worden. En daarom zendt God hun een dwaling, die bewerkt, dat zij de leugen geloven, opdat allen worden geoordeeld, die de waarheid niet geloofd hebben, doch een welgevallen hebben gehad in de ongerechtigheid.”
2 Thessalonisenzen 2: 1-3, 5, 9-12
Dit zijn de tekenen van de tijd, waarin wij leven. Laten we niet doen alsof er niets aan de hand is. We kunnen de toestand in de wereld niet naar onze hand zetten. In het licht van de Wederkomst van Christus kunnen we wel ons leven met God op orde brengen. Dan komen we niet voor verrassingen te staan en worden we niet overvallen. Ik eindig met een tekst uit de Hebreeën brief”
“Heden, indien gij zijn stem hoort, verhardt uw harten niet.”
Hebreeën 4:7
Amen.
~Drs. K. van Berghem