Het Boek
[flash /flv/20090329_het_boek.flv]
“De Geest des Heren is op Mij, daarom, dat Hij Mij gezalfd heeft, om aan armen het evangelie te brengen; en Hij heeft Mij gezonden om aan gevangenen loslating te verkondigen en aan blinden het gezicht, om verbrokenen heen te zenden in vrijheid, om te verkondigen het aangename jaar des Heren.”
Lucas 4:18-19
Schriftlezing
“Sta op, word verlicht, want uw licht komt en de heerlijkheid des Heren gaat over u op. Want zie, duisternis zal de aarde bedekken en donkerheid de natiën, maar over u zal de Here opgaan en zijn heerlijkheid zal over u gezien worden. Volken zullen opgaan naar uw licht en koningen naar uw stralende opgang.”
Jesaja 60:1-3
“De Geest des Heren Heren is op mij, omdat de Here mij gezalfd heeft; Hij heeft mij gezonden om een blijde boodschap te brengen aan ootmoedigen, om te verbinden gebrokenen van hart, om voor gevangenen vrijlating uit te roepen en voor gebondenen opening der gevangenis; om uit te roepen een jaar van het welbehagen des Heren en een dag der wrake van onze God; om alle treurenden te troosten, om over de treurenden van Sion te beschikken, dat men hun geve hoofdsieraad in plaats van as, vreugdeolie in plaats van rouw, een lofgewaad in plaats van een kwijnende geest. En men zal hen noemen: Terebinten der gerechtigheid, een planting des Heren, tot zijn verheerlijking.”
Jesaja 61:1-3
“Jezus nu, vol van de heilige Geest, keerde terug van de Jordaan en werd door de Geest geleid in de woestijn, waar Hij veertig dagen verzocht werd door de duivel. En Hij at niets in die dagen en toen zij voorbij waren, kreeg Hij honger. En de duivel zei tot Hem: Indien Gij Gods Zoon zijt, zeg dan tot deze steen, dat hij brood worde. En Jezus antwoordde hem: Er staat geschreven: Niet alleen van brood zal de mens leven. En hij voerde Hem op een hoogte en toonde Hem al de koninkrijken der wereld in een ogenblik tijds. En de duivel zei tot Hem: U zal ik al deze macht geven en hun heerlijkheid, want zij is mij overgegeven, en ik geef haar wie ik wil. Indien Gij mij dan aanbidt, zal zij geheel van U zijn. En Jezus antwoordde en zei tot hem: Er staat geschreven: Gij zult de Here, uw God, aanbidden en Hem alleen dienen. En hij leidde Hem naar Jeruzalem en stelde Hem op de rand van het dak des tempels en hij zei tot Hem: Indien Gij Gods Zoon zijt, werp Uzelf dan vanhier naar beneden; want er staat geschreven: Aan zijn engelen zal Hij opdracht geven aangaande u om u te behoeden, en: Op de handen zullen zij u dragen, opdat gij uw voet niet aan een steen stoot. En Jezus antwoordde en zei tot hem: Er is gezegd: Gij zult de Here, uw God, niet verzoeken. En toen de duivel alle verzoeking ten einde had gebracht, week hij van Hem tot een bestemde tijd. En Jezus keerde in de kracht des Geestes terug naar Galilea. En de roep over Hem ging uit door de gehele streek. En Hij leerde in hun synagogen en werd door allen geprezen. En hij kwam te Nazareth, waar Hij opgevoed was, en Hij ging volgens zijn gewoonte op de sabbatdag naar de synagoge en stond op om voor te lezen. En Hem werd het boek van de profeet Jesaja ter hand gesteld en toen Hij het boek geopend had, vond Hij de plaats, waar geschreven is: De Geest des Heren is op Mij, daarom, dat Hij Mij gezalfd heeft, om aan armen het evangelie te brengen; en Hij heeft Mij gezonden om aan gevangenen loslating te verkondigen en aan blinden het gezicht, om verbrokenen heen te zenden in vrijheid, om te verkondigen het aangename jaar des Heren. Daarna sloot Hij het boek, gaf het aan de dienaar terug en ging zitten. En de ogen van allen in de synagoge waren op Hem gericht. En Hij begon tot hen te zeggen: Heden is dit Schriftwoord voor uw oren vervuld.”
Lucas 4:1-21
Boodschap
Toen de Here Jezus het boek sloot en weglegde, zat iedereen in spanning: wat zullen we nu te horen krijgen. Hij zei, “Heden is dit Schriftwoord voor uw oren vervuld.” Hiermee had Hij niet de hele profetie van Jesaja geciteerd. Er is hier sprake van tekstbreuk. Heeft Jezus Zich vergist? Nee. Hij stopte bij “het aangename jaar des Heren.” Het aangename jaar des Heren was aangebroken. Hij bood Israël bevrijding en genezing aan. De dag van de wraak, die Jesaja uitsprak, was niet voor dat moment. De Here Jezus nam dit niet over. De profetie van Jesaja blijft wel overeind, maar wat daarin voorzegd wordt, gebeurt niet allemaal tegelijk. Het is zelfs nu nog toekomst. Het zijn als het ware twee bergtoppen, die in elkaars verlengde liggen. De Alpinist, die de bergen beklimt kan de afstand tussen twee bergtoppen niet inschatten. Zo is het ook met de profetische bergtoppen. De afstand in de tijd, die er tussen de twee profetische bergtoppen ligt, werd niet gemeten. De Here Jezus zei, het is nu het aangename jaar des Heren, de bevrijding van hen die gevangen zijn. De Here Jezus kwam de gevangenis van de zonde, waarin de mensen verkeerden, openbreken. Het geldt ook nog altijd voor vandaag. Hoe velen zijn vandaag niet gevangen. Gevangen in verslaving, gevangen in zorgen, in ziekte, in economische crisis.
We zijn nu in de lijdensweken. Hier en daar is sprake van de 40-dagen periode. Maar laten we oppassen. Het gaat niet om het afwerken van een liturgie. In de lijdensweken wordt het lijden en sterven van de Here Jezus herdacht. Dat waar Hij doorheen moest om die bevrijding tot stand te brengen. Hij deed dat plaatsvervangend voor ons. In gedachten proberen we Hem op Zijn lijdensweg naar Gethsemane en Golgotha te volgen. Maar het is ons volslagen onmogelijk om het leed en het uiteindelijk offer, dat Hij bracht, te begrijpen of te peilen. We zijn niet met een vrome traditie bezig. In de praktijk van alle dag zijn we op weg van de ene profetische bergtop naar de andere. Het gericht komt, maar nu, hoort u!, is het nog altijd het aangename jaar des Heren.
Ook vandaag zet Jezus van Nazareth het kruis in de chaos van onze samenleving. Wij prediken Christus, de Gekruisigde, die de weg gebaand heeft, de uitweg uit de geestelijke verstikking. Ook dat is bevrijding, en hoe! De bergtocht tussen de twee bergtoppen is geen pretje. Wie Christen is, of wordt, laat daarmee niet alle problemen achter zich. Maar het verschil met de ongelovige is, dat hij er niet langer alleen voor staat. Er is uitzicht. Dit is niet het laatste, het is het voorlaatste. Nu we in een diepe crisis terechtgekomen zijn, zet dit ons temeer aan het denken. Het laat ons weer eens zien, hoe kwetsbaar we zijn. Het overkomt ons, en niemand kan er iets aan doen En zij, die het wel kunnen doen het niet. Aan de andere kant kan de situatie er toe leiden, dat mensen gaan nadenken. Er zijn nog altijd dingen, die belangrijker zijn dan geld, carrière en altijd meer. Op zich is er niets mis mee, als het mensen goed gaat. Dat ze geld verdienen en welvaart hebben. Maar het is niet verstandig, als we altijd bezig zijn met goede dingen, maar het beste verwaarlozen.
Men maakt zich eindeloos druk om aards bezit en welvaart, terwijl de eeuwige belangen verwaarloosd en vergeten worden. Iedereen is er op bedacht geen onnodige risico’s te lopen. We zijn immers zakelijk en nuchter ingesteld. Hoe is het risico van het levenseinde ingedekt? Niemand weet wanneer dat is. Hoe is het dan gesteld met de eeuwige waarden? Hoe staat het daarmee, als die niet gedekt zijn? Maken we ons daar ook zo druk over als over de beurskoers? We zijn toch nuchtere mensen. Wat is de waarde van ons aards bezit, als we het leven achter ons laten? Wat doe je daarmee in de eeuwigheid? In het laatste levensuur verliest dat alle waarde. We kunnen er niets van meenemen, en verzilveren kunnen we het niet. Dit is geen doemdenken maar nuchter denken en risico’s uitsluiten. Zitten we gevangen in zorgen van alle mogelijke aard? Zijn we gevangen in, noemt nu maar op! Dan is het tijd, misschien hoogtijd, over de eeuwige dingen na te denken. Het aangename jaar des Heren is, dat we bevrijd kunnen worden van alles wat ons belast. In laatste instantie komt het aan op de relatie, die we met God hebben. Is die er, of niet? En als die er is, hoe is die dan? Hoe staat het met het zondeprobleem, dat ieder in zijn leven heeft?
Veel mensen zijn zich niet bewust, dat ieder mens verantwoording af moet leggen voor zijn Schepper. Het gaat er om, dat dit risico gedekt is. Het moment om dat te doen, is altijd nu, niet morgen. Dat is zakelijk nuchter. Als u niet voor brand verzekerd bent en uw huis brandt af, kunt u dat risico bij geen enkele verzekering onderbrengen. Zo is het ook met de verbroken relatie tussen God en mens. Het kan nu hersteld worden, niet nadat iemand de laatste adem uitgeblazen heeft. Het probleem is hier heel erg zakelijk benaderd. Maar hier komt het in de praktijk op neer. Jezus ging de lijdensweg in onze plaats, zodat wij daarvan vrijgesteld zouden zijn. Ieder is vrij om het te geloven of niet. Niemand heeft om dit leven gevraagd. We zijn erin gezet. Het zondeprobleem was er lang voordat wij geboren waren. We zijn er mee besmet. Ook dat kunnen we niet helpen. Maar het is helemaal ieders eigen verantwoordelijkheid, als hij of zij het daarbij laat. Als Gods Woord hierop aanspreekt, is het op zijn minst verstandig er rekening mee te houden. De oplossing, die God geeft in Zijn Zoon Jezus Christus, is de enige uitweg. Op weg van de ene bergtop naar de andere in het dagelijks leven, zijn we nog in het aangename jaar des Heren. Het is beter om niet te wachten totdat ons boek dichtgaat.
Amen.
~Dr. K. van Berghem